Jaarlijks van 1 maart tot en met 30 april kunt u woonhuissubsidie aanvragen voor kosten die in het voorgaande kalenderjaar zijn gemaakt. Vóór die tijd kunt u uw aanvraag alvast voorbereiden door alle noodzakelijke gegevens en documenten te verzamelen.
Subsidiabele kosten
U vraagt subsidie aan voor de kosten van de instandhouding van de monumentale onderdelen van uw rijksmonument. Alleen werkzaamheden die technisch noodzakelijk, sober en doelmatig zijn en gericht zijn op maximaal behoud van de monumentale waarden zijn subsidiabel. Werkzaamheden moeten bovendien genoemd zijn in de Leidraad subsidiabele instandhoudingskosten. Speciaal voor eigenaren van woonhuis-rijksmonumenten is een samenvatting van de Leidraad gemaakt. Werkzaamheden met betrekking tot verduurzaming, comfortverbetering, verfraaiing, reconstructie of veranderd gebruik komen niet voor subsidie in aanmerking.
Wilt u woonhuissubsidie aanvragen en bedragen uw kosten naar verwachting meer dan € 70.000? Dan kan de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) u vóórdat de werkzaamheden worden uitgevoerd vertellen welke werkzaamheden voor subsidie in aanmerking komen. Hiervoor is in elk geval een inspectierapport nodig. Daarnaast dient u voldoende inzicht te geven in de voorgenomen werkzaamheden, bijvoorbeeld door middel van een detailbegroting of een gespecificeerde offerte waaruit duidelijk blijkt om welke werkzaamheden het gaat en aan welke onderdelen van het rijksmonument. Stuur uw verzoek en de bijbehorende stukken naar info@cultureelerfgoed.nl.
Let op: stuur uw verzoek ruim van tevoren op. In drukke perioden kan het enkele weken duren voordat we uw verzoek in behandeling kunnen nemen.
Wat heeft u nodig voor uw aanvraag?
Uw DigiD-gegevens. Voor uw aanvraag heeft u de DigiD-app nodig óf DigiD met sms-controle. Heeft u die nog niet? Vraag dan hier DigiD aan. Dit kan enkele werkdagen duren.
Welke aanvullende informatie kan bij u worden opgevraagd?
Tijdens de beoordeling van uw aanvraag kan de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) aanvullende informatie bij u opvragen. Denk hierbij aan documenten waarmee u aantoont welke werkzaamheden verricht zijn en welke kosten daarvoor zijn gemaakt, zoals:
overeenkomsten (bijvoorbeeld getekende offertes met een voldoende gespecificeerde omschrijving van de werkzaamheden);
bankafschriften of andere betaalbewijzen;
bij ingrijpende werkzaamheden of als architectenkosten worden opgevoerd: de bouwkundige tekeningen;
bij constructieve aanpassingen: een constructierapport;
bij ingrijpende werkzaamheden: een werkomschrijving of bestek;
bij twijfel over de monumentale waarde van een onderdeel van het rijksmonument (bijvoorbeeld in het interieur): een document waaruit de monumentale waarde van dat onderdeel blijkt
als subsidie wordt gevraagd voor een rijksbeschermde tuin: een overzichtskaart van dat deel van de tuin dat in directe relatie staat tot de woonfunctie.
Zorgt u dus dat u deze informatie achter de hand heeft.
Ook kunnen documenten worden opgevraagd als uit uw aanvraag niet duidelijk blijkt of aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan, zoals:
documenten waaruit blijkt dat u de eigenaar van het rijksmonument bent;
documenten waaruit de woonfunctie van het pand blijkt;
een toelichting op bepaalde opgevoerde kosten (bijvoorbeeld als facturen dubbel zijn ingediend, of als bepaalde bedragen in uw aanvraag niet overeenkomen).
Hieronder vindt u voor de meest voorkomende benodigde bijlagen een korte beschrijving.
Verplichte bijlagen
Om aan te kunnen tonen welke instandhoudingskosten u heeft gemaakt, voegt u gespecificeerde facturen bij uw aanvraag. Hieruit moet duidelijk blijken welke kosten voor welke instandhoudingswerkzaamheden zijn gemaakt (bijvoorbeeld facturen van aannemers, schilders of loodgieters). Een gespecificeerde factuur omschrijft welke werkzaamheden zijn uitgevoerd aan welke onderdelen van het rijksmonument. Facturen moeten op regelniveau gespecificeerd zijn, dus per uitgevoerde werkzaamheid de daarbij behorende kosten van arbeid, materiaal en materieel.
Een factuur met een generieke omschrijving (bijvoorbeeld een termijnfactuur) is niet voldoende. In dat geval moeten ook stukken worden bijgevoegd waarmee wordt aangetoond welke werkzaamheden zijn verricht aan welk onderdeel van het rijksmonument, inclusief de daarbij behorende kosten van arbeid, materiaal en materieel. Dit kan bijvoorbeeld aan de hand van een gespecificeerde offerte of (deel)begroting. Als in een factuur of in de onderliggende stukken wordt verwezen naar bepaalde documenten, dan moeten deze stukken ook bij de aanvraag worden gevoegd.
U voegt alleen facturen bij voor kosten die u in het voorgaande kalenderjaar heeft gemaakt. Om te bepalen in welk jaar de kosten zijn gemaakt is de factuurdatum bepalend. U dient dus facturen in die gedateerd zijn in de periode van 1 januari tot en met 31 december van het afgelopen jaar.
Let op: in voorgaande jaren werd gekeken naar het jaar waarin werkzaamheden waren uitgevoerd, en konden dus wel in bepaalde gevallen facturen uit januari of februari worden ingediend, als aannemelijk was dat de werkzaamheden in het voorgaande kalenderjaar waren uitgevoerd. Let u er in 2026 in dat geval op dat u deze kosten niet nogmaals opvoert.
Bij uw aanvraag voegt u foto’s van vóór en na uitvoering van de werkzaamheden aan uw rijksmonument toe. Met de foto’s van vóór de werkzaamheden toont u de technische noodzaak van de werkzaamheden aan. Uit de foto’s van ná de werkzaamheden moet duidelijk blijken welke instandhoudingswerkzaamheden zijn verricht aan welke onderdelen van het rijksmonument.
Alle bijgevoegde foto’s dienen genummerd te zijn en voorzien van:
de opnamedatum;
een korte toelichting op wat er op de foto te zien is.
Voeg 1 tot 5 actuele overzichtsfoto’s in kleur toe als bijlage bij uw aanvraag (indien niet opgenomen in het inspectierapport). Deze foto’s moeten een duidelijke indruk geven van het rijksmonument in relatie tot de uitgevoerde werkzaamheden.
Voeg daarnaast detailfoto’s in kleur toe als bijlage bij uw aanvraag. De foto’s moeten een duidelijke indruk geven van de aard en omvang van het gebrek of de gebreken (foto’s van vóór de werkzaamheden, voor zover niet opgenomen in het inspectierapport) en van de uitgevoerde werkzaamheden. Zorg er steeds voor dat uit de foto's of uit de toelichting blijkt welke onderdelen van het rijksmonument het betreft.
Als uw aanvraag meer dan € 70.000 aan kosten bevat, is ook het meesturen van een inspectierapport verplicht. Dit rapport moet zijn opgesteld door een deskundige persoon of instantie, bijvoorbeeld de Monumentenwacht.
De kosten van het inspectierapport zijn subsidiabel. Een actueel inspectierapport geeft u als eigenaar nauwkeurig inzicht in de onderhoudsstaat van uw rijksmonument en zorgt ervoor dat eventuele fysieke gebreken vroegtijdig geconstateerd worden. Ook helpt het u om het meerjarige onderhoud van uw rijksmonument te plannen.
Bij rijksmonumenten met een woonfunctie gaat het om een bouwkundig inspectierapport. Bij een bij het rijksmonument behorende en (mee)beschermde tuin gaat het om een rapport waaruit de fysieke (onderhouds-)staat van de beschermde tuin blijkt.
Inhoudelijke vereisten inspectierapport
Het inspectierapport bevat een adequate beschrijving van de technische of fysieke staat van het rijksmonument, voorafgaand aan de werkzaamheden waarvoor subsidie wordt aangevraagd. Het inspectierapport mag op het moment van de aanvraag niet ouder zijn dan vier jaar.
Het inspectierapport moet inzicht geven in:
de staat van het monument vóór de start van de werkzaamheden;
de gebreken van het monument vóór de start van de werkzaamheden. Dit dient zowel tekstueel als met foto’s inzichtelijk te worden gemaakt;
de oorzaken en mogelijke gevolgen van die gebreken;
adviezen over de uit te voeren werkzaamheden in volgorde van urgentie en over de termijn van uitvoering.
Wilt u iemand machtigen om voor u subsidie aan te vragen? Vul dan samen het juiste machtigingsformulier in en voeg deze toe aan de aanvraag.
Vraagt u woonhuissubsidie aan als lid van een VvE, of namens één of meerdere VvE-leden? Dan voegt u een document bij waaruit blijkt welk deel van de kosten voor welke eigenaar zijn. Bijvoorbeeld een splitsingsakte of een verklaring van de VvE waaruit de verdeelsleutel blijkt. In het aanvraagportaal vult u de verdeelsleutel van de VvE in. Dit is een percentage van de totale kosten. Is uw breukdeel bijvoorbeeld 14/225, dan is het percentage 6,22%. U kunt ook de rekentool gebruiken om dit percentage te berekenen. U vult dan uw breukdeel binnen de VvE in, waarna de tool in het portaal automatisch het bijbehorende percentage berekent.
Vraagt u woonhuissubsidie aan als aandeelhouder van een Natuurschoonwet-NV of -BV? Ook dan voegt u een document bij waaruit blijkt welk deel van de kosten voor welke eigenaar zijn, bijvoorbeeld een Natuurschoonwet-beschikking, een uittreksel uit het aandeelhoudersregister of een verklaring van de Natuurschoonwet-NV of -BV waaruit de verdeelsleutel blijkt.
Als u kosten opvoert voor funderingsherstel, dan moet u het funderingsonderzoek bij uw aanvraag voegen waaruit de technische noodzaak van de uitgevoerde werkzaamheden blijkt. Als er tegelijkertijd ook andere werkzaamheden zijn uitgevoerd die niet noodzakelijk zijn voor de instandhouding van het rijksmonument (zoals het uitdiepen van een kelder) dan dienen de kosten te worden uitgesplitst. Alleen kosten die duidelijk herleidbaar zijn tot de voor de instandhouding van uw rijksmonument noodzakelijke herstelwerkzaamheden aan de fundering kunnen subsidiabel worden gesteld.
Het Kennis Centrum Aanpak Funderingsproblematiek (KCAF) heeft een richtlijn opgesteld voor het opstellen van een funderingsonderzoek. U leest daar meer over op Richtlijn fundering onder gebouwen.
Als u zelf instandhoudingswerkzaamheden heeft uitgevoerd en hiervoor de kosten voor materiaal of materieel opvoert, moet duidelijk zijn op welke werkzaamheden de kosten betrekking hebben. Voeg daarom een beschrijving toe waaruit blijkt welke instandhoudingswerkzaamheden zijn verricht aan welke onderdelen van het rijksmonument, inclusief een verwijzing naar de daarbij behorende kosten materiaal en materieel. Arbeidsuren van uzelf of vrijwilligers (‘doe-het-zelf-uren’) zijn niet subsidiabel.
In dit geval moet de particuliere aanvrager het economisch eigendom of het woonrecht aantonen aan de hand van bij de subsidieaanvraag te voegen documenten, zoals een overeenkomst (contract) en in geval van een commanditaire vennootschap, de oprichtingsakte met statuten. Als de bijgevoegde documenten niet volstaan, worden aanvullende bewijsstukken opgevraagd.
Overige bijlagen
Wanneer u andere stukken heeft die uw aanvraag nader ondersteunen, dan kunt u deze ook bij uw aanvraag voegen. Denk bijvoorbeeld aan de volgende situaties:
bij ingrijpende werkzaamheden of als er architectenkosten worden opgevoerd: de bouwkundige tekeningen
bij ingrijpende werkzaamheden: een werkomschrijving of bestek
bij constructieve aanpassingen: een constructierapport
bij twijfel over de monumentale waarde van een onderdeel van het rijksmonument (bijvoorbeeld in het interieur): een document waaruit de monumentale waarde van dat onderdeel blijkt
als subsidie wordt gevraagd voor een rijksbeschermde tuin: een overzichtskaart van dat deel van de tuin dat in directe relatie staat tot de woonfunctie
Wanneer u deze stukken niet bij uw aanvraag voegt, kan de RCE er later om vragen. Zorg dus in elk geval dat u deze stukken achter de hand heeft als er sprake is van een van de genoemde situaties.
Om vast te stellen of bepaalde kosten door u zijn gemaakt, kan de RCE vragen om bankafschriften of andere betaalbewijzen.
Als u architectenkosten opvoert of als u ingrijpende werkzaamheden aan uw rijksmonument heeft uitgevoerd, dan kan de RCE de bouwkundige tekeningen opvragen van de situatie van vóór de werkzaamheden en van de nieuwe situatie.
Bij constructieve aanpassingen of herstelwerkzaamheden aan uw rijksmonument dan kan de RCE een constructierapport opvragen.
Als u ingrijpende werkzaamheden aan uw rijksmonument heeft uitgevoerd, dan kan de RCE een werkomschrijving of bestek opvragen. Een werkomschrijving bevat in ieder geval een beschrijving van de toegepaste constructies, materialen, afwerkingen en kleuren en de manier van uitvoering. Bij meer ingrijpende werkzaamheden kan ook een bestek of bestekparagrafen worden opgevraagd. Meer informatie vindt u in dit artikel over werkomschrijving of bestek.
Bij twijfel over de monumentale waarde van een onderdeel van het rijksmonument waaraan werkzaamheden hebben plaatsgevonden, bijvoorbeeld in het interieur, kan de RCE een document opvragen waaruit de monumentale waarde van dat onderdeel blijkt. Denk bijvoorbeeld aan een cultuur- of bouwhistorisch onderzoek met waardestelling of een andere publicatie die ingaat op de monumentale waarden van het rijksmonument. U leest er meer over op de pagina over bouwhistorisch onderzoek op monumenten.nl.
Als subsidie wordt aangevraagd voor een beschermde tuin die tot een rijksmonument met een woonfunctie behoort, dan kan de RCE een overzichtskaart opvragen van dat deel van de tuin dat in directe relatie staat tot de woonfunctie. De kaart moet zijn voorzien van een schaalstok en noordpijl en de locatie van de werkzaamheden, met verwijzingen naar de meegestuurde foto’s.