Preventieve maatregelen

Om een incident of calamiteit te voorkomen, of de ontstane situatie beheersbaar te houden, zijn preventieve maatregelen en voorzieningen nodig.

Voorzieningen zijn tastbare bouwkundige of installatietechnische aanpassingen. Bijvoorbeeld het opwaarderen van brandscheidingen of vervangen van installaties. Maatregelen zijn organisatorisch van aard en kunnen worden geborgd in protocollen. Bijvoorbeeld over de wijze waarop extra toezicht is geregeld tijdens werkzaamheden of evenementen. Het is vaak een combinatie van bouwkundige en installatietechnische voorzieningen en organisatorische maatregelen (BIO) die de veiligheid op een zo hoog mogelijk niveau brengen. Samenhang en afstemming zijn dus van belang.

Bouwkundige voorzieningen

Bouwkundige voorzieningen zorgen bij bijvoorbeeld inbraak of brand voor vertraging en belemmering.

Voorbeelden

  • hekwerk om het gebouw of terrein
  • vitrines voor kostbare objecten
  • hang- en sluitwerk
  • rolluiken of tralies voor ramen en deuren
  • glas met een inbraak –of doorbraakvertragende eigenschap
  • brandwerend glas
  • brandcompartimenten
  • handbrandblussers en brandslanghaspels
  • onbrandbaar isolatiemateriaal

Aandachtspunten

  • Erfgoedorganisaties moeten zich houden aan het Bouwbesluit 2012.  De voorschriften in het Bouwbesluit hebben betrekking op gezondheid, veiligheid, energiezuinigheid en milieu, maar niet op het voorkomen van schade aan een gebouw. Dit betekent dat het Bouwbesluit niet inzet op de bescherming van het erfgoed.
  • Let er op dat bij werkzaamheden in, aan, op of bij een rijksmonument in veel gevallen een vergunning nodig is. Het gaat dan over sloop, grote verbouwing en/of herbestemming. De gemeente kan hierover informatie verschaffen.

Installatietechnische voorzieningen

Installatietechnische voorzieningen zijn er om in het geval van een incident of calamiteit te alarmeren.

Voorbeelden

  • (stille) detectie bij objecten of vitrines
  • glasdetectie
  • beveiligingscamera’s
  • sabotagevrije inbraakdetectie op de gevel
  • infrarood ruimtedetectie
  • brandmeld-, ontruimings-, inbraakalarm- en noodverlichtingsinstallatie
  • automatische blussystemen (sprinklers) of zuurstofreductie

Aandachtspunten

  • Het gebruik van cameratoezicht zoals CCTV is aan wettelijke regels en richtlijnen gebonden.
  • Als de brandweer een organisatie verplicht om een brandmeldinstallatie (BMI) aan te brengen, dan is een ontruimingsinstallatie en ontruimingsplan vereist. Of u verplicht bent een brandmeldinstallatie te installeren is afhankelijk van de zelfredzaamheid van de personen in het gebouw. Voor het bepalen van de juiste installatie is bovendien de hoogte, de gebruiksoppervlakte en het aantal bouwlagen belangrijk.

Organisatorische maatregelen

Organisatorische maatregelen hebben te maken met procedures, instructies, verantwoordelijkheden en afspraken. Binnen de organisatie moet minimaal één medewerker thuis zijn in het onderwerp veiligheid van erfgoed. De eindverantwoordelijke legt direct verantwoording af aan de directie of het bestuur van de organisatie.

Voorbeelden

  • vaststellen veiligingsbeleid en -organisatie, taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden 
  • inzet van beveiligingspersoneel, receptiemedewerkers en vrijwilligers
  • opstellen van procedures voor alarmopvolging, sleutelbeheer, sluitronde, back-ups, bezoekers, parkeren en toegangscontrole
  • opstellen van huisregels/studiezaalreglment
  • opstellen van het calamiteitenplan
  • instellen van een crisisteam, BHV- en CHV-organisatie
  • registreren van incidenten
  • organiseren van opleiding en training (BHV, CHV en IHV)
  • houden van oefeningen (BHV en CHV)
  • regelen van opvangcapaciteit (BHV en CHV)
  • maken van afspraken met hulpdiensten, hulpverleningsorganisaties, externe specialisten en kennisinstituten