Een deel van de bronzen beelden van het Nationaal Monument Slavernijverleden met in de achtergrond het Amsterdamse Oosterpark
Beeld: ©Hollandse Hoogte/ANP

Slavernijverleden

Het slavernijverleden is onderdeel van onze geschiedenis. De samenleving heeft aangegeven dat er meer aandacht gegeven moet worden aan dit verleden. En aan hoe we ook nu nog de effecten ervan merken.

In 2022 heeft de Nederlandse regering excuses aangeboden voor het slavernijverleden. Het Herdenkingsjaar is gestart om binnen het hele Koninkrijk stil te staan bij dit deel van onze geschiedenis. Het loopt van 1 juli 2023 tot en met 1 juli 2024. Hierna start een vervolgtraject om bewustwording te vergroten over het slavernijverleden binnen het Nederlandse Koninkrijk.

Het Herdenkingsjaar betekent ook voor de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) een logisch moment om extra aandacht aan het slavernijverleden te besteden. De RCE doet dat met een aantal activiteiten, bijvoorbeeld met de internationale training Sharing Stories on Contested Histories. Via deze website houden we u op de hoogte van andere (publieke) activiteiten.

Rol van de RCE

Het thema slavernij maakt al langer deel uit van het werk van de RCE. Verschillende projecten hebben zich hiermee bezig gehouden, en dit zal ook in de toekomst blijven gebeuren. Het thema komt terug in alle aspecten van ons werk, aangezien het slavernijverleden sporen heeft achtergelaten die wij nu in de domeinen archeologie, roerend en gebouwd als erfgoed tegenkomen. Dankzij deze materiële en immateriële sporen kunnen we kennis en verhalen over deze geschiedenis en het bijbehorende erfgoed naar voren halen en delen. Ook kunnen we zo, samen met andere landen, de dialoog bevorderen en daarmee meer begrip en verbinding tot stand brengen in Nederland, het bredere Koninkrijk en andere landen.

logo van het herdenkingsjaar slavernijverleden

Meer informatie over het herdenkingsjaar staat op de website van de Rijksoverheid.