Lokale partijen herstellen Populierenlandschap De Scheeken

De Scheeken is een wederopbouwgebied van nationaal belang. Het cultuurhistorische karakter van het gebied was de afgelopen vijftig jaar aangetast. Zo waren er veel populieren verdwenen uit het landschap. Tegenwoordig oogt De Scheeken weer meer als vroeger. Talloze nieuwe populieren sieren het gebied, dat is gerevitaliseerd door verschillende lokale gemeenten en partijen.

Ontginnen, verpachten en exploiteren

De Scheeken, onderdeel van Nationaal Landschap Het Groene Woud, is een gebied van ruim 1000 hectare en ligt ten oosten van de A2 tussen Liempde (gemeente Boxtel) en Best. Van oudsher is het een bosrijk gebied met uitgestrekte elzenbroekbossen en een natte ondergrond.

Door de eeuwen heen is de beplanting in het gebied flink veranderd. Zo werden de bossen vanaf de elfde eeuw ontgonnen door mensen, die aan de hoger gelegen randen van het gebied woonden. Zij maakten van het gebied gemeenschappelijke weidegrond en hooiland.

Vanaf circa 1800 krijgen de gemeenten rond De Scheeken de gronden in eigendom, die zij  verpachtten en daarna verkochten aan kleine, gemengde landbouwbedrijven. Om klompen te maken, plantten deze bedrijven vanaf midden achttiende eeuw steeds meer populieren aan. Populierenhout werd zo onderdeel van het verdienmodel van het gebied.

Zwart-wit foto van een klompenmaker aan het werk
Van oudsher is De Scheeken een bosrijk gebied met een natte, lemige ondergrond. De weinige mensen die er woonden deden dat aan de hoger gelegen randen. In het centrale deel stonden uitgestrekte elzenbroekbossen die vanaf de elfde eeuw zijn ontgonnen. Hier ontstond gemeenschappelijke weidegrond en hooiland. Vanaf midden achttiende eeuw werden in het overwegend open gebied steeds meer populieren aangeplant voor het maken van klompen.

Ruilverkaveling om productie te verhogen

De Scheeken veranderde zo naar een landschap met weiden, bos en akkerlanden en een verkamerde structuur door gevarieerde boomlinten. In 2012 riep de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed het landschap dan ook uit tot een gebied met een bijzondere cultuurhistorische betekenis. Ook is De Scheeken aangewezen als een van de dertig wederopbouwgebieden van nationaal belang.

Tijdens de wederopbouw werd ruilverkaveling een instrument om de productiviteit en efficiëntie van de agrarische sector te verhogen. Ook De Scheeken kreeg een herindeling en werd zo het eerste gebied in Nederland met een landschapsplan. De kavels werden groter en breder ontsloten, met behoud van de karakteristieke, kleinschalige inrichting. Streekeigen planten en bomen werden geplant. Populieren omzoomden nieuwe kavels en langs enkele wegen kwamen eiken. Deze herverkaveling is in 1956 afgerond.

Onderzoek naar status van het gebied

Ruim vijftig jaar later gaven de stichting Brabantse Boerderij en de bewoners van de gemeenten Boxtel, Best en Sint-Oedenrode bij hun gemeenten aan welke uitvoeringsprojecten zij graag wilden doen. Het revitaliseren en verkennen of de houtproductie als duurzame energie rendabel te gebruiken was, was één van de projecten die de Brabantse gemeenten uitkozen en als kansrijk bestempelden. Er was echter weinig kennis over de wederopbouw en de status van het gebied. Om daar meer over te weten te komen, onderzochten bureau Overland en het Monumenten Advies Bureau in 2014 het landschap en de bebouwing van De Scheeken.

Uit het onderzoek bleek dat er de afgelopen vijftig jaar veel kleinschalige populieren- en perceelsrandbeplanting is verdwenen. Dat geldt ook voor de kenmerkende solitaire populierenakkers. Een flinke aantasting van het karakteristieke en cultuurhistorische karakter van dit wederopbouwgebied.

Herstel door aanplanten, snoeien… en composteren

Het project ‘Revitalisering populierenlandschap’ werd door de gemeenten opgenomen in een uitvoeringsprogramma, om het landschap te herstellen door populieren te planten en te onderhouden. Verschillende lokale partijen werkten voor dit project samen. Zo leverden lokale boomtelers de bomen. En basisschoolleerlingen van De Oversteek uit Liempde plantten populieren op de Nationale Boomfeestdag in maart 2015.

Voor een goede houtgroei en veiligheid moeten populieren gesnoeid – en soms gekapt - worden. Om dit te bekostigen, is onderzocht of het snoeiafval verkocht kon worden als biomassa. Dit bleek niet rendabel te zijn. Geïnteresseerde vrijwilligers kunnen nu een cursus volgen, waar ze leren om populieren te snoeien. Zo beperken de gemeenten alsnog de snoeikosten.

Uiteindelijk zijn er ruim 1500 populieren aangeplant langs gemeentelijke wegen, bermen en lanen en op percelen van particulieren en agrariërs. Hiermee zijn delen van de kenmerkende structuren hersteld of vernieuwd. Ook zijn 600 populieren inmiddels gesnoeid, de snoei van 2000 andere bomen staat gepland. De Natuurwerkgroep Liempde koopt het snoeihout nog steeds aan zodat het op locatie kan composteren. Ook zorgt de werkgroep dat er nieuwe populieren aangeplant blijven worden.