Voorbereiden op de Omgevingswet

Wat verandert er op het gebied van cultureel erfgoed als de Omgevingswet in werking treedt en hoe kunnen we ons zo goed mogelijk voorbereiden? We zetten de belangrijkste wijzigingen op een rij. Ook bieden we publicaties voor ambtenaren die zich voorbereiden op de Omgevingswet.

Wijzigingen

  • Er wordt een brede definitie van cultureel erfgoed in de fysieke leefomgeving gehanteerd. Het gaat om (gebouwde en aangelegde) monumenten, archeologische monumenten, stads- en dorpsgezichten, cultuurlandschappen en ander cultureel erfgoed – roerend of immaterieel erfgoed – dat via het omgevingsplan aan een specifieke locatie te verbinden is, zoals een haven voor historische schepen of een corsowagenbouwplaats.
  • De structuurvisie van Rijk, provincie of gemeente wordt vervangen door de omgevingsvisie. In deze omgevingsvisie worden op hoofdlijnen de kwaliteiten van het grondgebied beschreven en de opgaven, ontwikkelingen, ambities en strategie voor de langere termijn voor bouwwerken, infrastructuur, cultureel erfgoed, bodem, lucht, natuur en andere aspecten van de fysieke leefomgeving.
  • Het omgevingsplan komt in de plaats van het huidige bestemmingsplan en de gemeentelijke verordeningen die over de fysieke leefomgeving gaan. Het aanwijzen van gemeentelijke monumenten gebeurt straks ook in het omgevingsplan.
  • Werelderfgoed wordt met de inwerkingtreding van de Omgevingswet voor het eerst expliciet wettelijk verankerd.
  • De gemeente wordt verantwoordelijk voor de vergunningverlening voor het verstoren van archeologische rijksmonumenten, in het geval er sprake is van een meervoudige aanvraag (dus als er van de gemeente ook nog andere omgevingsvergunningen nodig zijn voor samenhangende activiteiten). De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) geeft daarover wel een bindend advies.
  • In de Omgevingswet is geregeld dat in het geval van archeologische toevalsvondsten van algemeen belang niet alleen de minister van OCW maar ook de gemeente bodemverstorende werkzaamheden kan stilleggen.
  • De eigenaar van een rijksmonument heeft een instandhoudingsplicht. Hij of zij moet ervoor zorgdragen dat het monument zodanig wordt onderhouden dat het behoud ervan gewaarborgd is.
  • Het toetsingskader voor een sloopvergunning binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht moet in het omgevingsplan worden opgenomen.
  • Eens in de vier jaar wordt de Erfgoedbalans uitgebracht over de staat van het erfgoed. Dat gebeurt met behulp van gegevens die worden verzameld in de Erfgoedmonitor.

Voorbereiding

Voor erfgoedgemeenten en ambtenaren die zich voorbereiden op de komst van de Omgevingswet, hebben specialisten van de RCE verschillende publicaties ontwikkeld.

Aanvullend is op de webpagina's Omgevingsvisie en Omgevingsplan informatie te vinden die helpt bij het opstellen van omgevingsvisie en -plan.