Aanvalsplan Landschap zet in op 10% landschapselementen in landelijk gebied

Woensdag 28 september overhandigde een coalitie van maat­schap­pelijke organisaties, provincies, waterschappen en bedrijven (verenigd in de Stichting Deltaplan Biodiversiteitsherstel) het Aanvalsplan Landschap aan de minister voor Natuur en Stikstof, Christianne van der Wal. Met dit plan wordt ingezet op 10% gebiedseigen landschaps­elementen bij de inrichting van het landelijk gebied.

De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) is als onderdeel van het ministerie van OCW betrokken bij het realiseren van het Aanvalsplan. Die betrokkenheid bestaat uit een financiële bijdrage en het voeden van dit plan met kennis over het cultuurlandschap. De zorg voor ons landschap is een culturele opgave; door krachten te bundelen in dit Aanvalsplan wordt de landschappelijke kwaliteit en diversiteit van het Nederlandse landschap verhoogd. Het draagt bij aan het halen van onze Europese verplichtingen rondom biodiversiteit, de klimaatopgave en schoon water en biedt daarmee ook kansen voor verduurzaming van de landbouw. In 2030 moet de helft van deze ambitie zijn gerealiseerd, uiterlijk in 2050 moet het groen-blauwe raamwerk klaar zijn.

[Tekst gaat verder onder de afbeelding]

Houtwal in het Raalterwoold in Overijssel
Beeld: RCE
Houtwal in het Raalterwoold, Overijssel

Kleine landschapselementen

Experts van de RCE werkten mee aan het kwaliteitskader en het laten aansluiten van de uitvoering op bestaande landschaps- en cultuurhistorische patronen. Het gaat om ‘kleine’ landschapselementen, denk hierbij aan houtige elementen zoals singels, bomenrijen, houtwallen, heggen, hagen, knotbomen, graften, griendjes en hoogstamboomgaarden maar ook om kruidenrijke akkerranden en natte elementen zoals slootkanten, natuurvriendelijke oevers en poelen.

Van plan naar uitvoering

De coalitie van partijen verenigd in Stichting Deltaplan Biodiversiteitsherstel heeft op verzoek van de overheid het Aanvalsplan opgesteld, een afspraak voortkomend uit het Klimaatakkoord van 2019. De ministeries van LNV, BZK, en OCW hebben bijgedragen aan het opstellen van het Aanvalsplan. Via het Nationaal Programma Landelijk Gebied en het ruimtelijke ordeningssysteem rond de Omgevingswet dient het Aanvalsplan concreet te worden, met doelen, instrumenten en geld. Voorzien is een heldere regie van Rijksoverheid en provincies en actie van onder meer gemeenten en waterschappen, agrariërs, terreinbeheerders en particulieren.