Strijp-S culturele hart van Brainport Eindhoven

De herontwikkeling van Strijp-S is een voorbeeld van duurzame ontplooiing van een heel nieuw stuk stad. Bij de herontwikkeling is men erin geslaagd een brug te slaan tussen verleden en toekomst en is er bewust gekozen om het karakter van het gebied en het erfgoed hierbij in te zetten.

Herontwikkeling Strijp-S

In de jaren 90 zorgen een vernieuwd productie- en locatiebeleid ervoor dat Philips de oorspronkelijke fabriekslocatie Strijp-S afstoot. De fabrieksgebouwen komen geleidelijk aan leeg te staan. De Eindhovense woningcorporatie Trudo, samen met investeerder VolkerWessels en de stad Eindhoven zien mogelijkheden. Het gebied is herontwikkeld tot nieuw stedelijk gebied aan de rand van de oude binnenstad. Inmiddels hebben verschillende fabrieksgebouwen een herbestemming gekregen, zijn er woningen bijgebouwd en vinden er op het terrein regelmatig internationaal bekende events plaats. Met de herontwikkeling van Strijp-S is een nieuw stuk stad aan Eindhoven toegevoegd dat perfect aansluit op zowel het verleden als de toekomst van deze stad die zich telkens moderniseert.

Strijp-S is een waaigat met pronkjuwelen

De terreinen hebben opmerkelijke namen: Strijp-S, Strijp-T en Strijp-R. Ze zijn vernoemd naar het stadsdeel Strijp dat tot 1920 een zelfstandige gemeente was. De toevoegingen S, T en R zijn de opeenvolgende letters in die naam. Strijp-S is met zijn 27 hectare even groot als de huidige binnenstad. Thom Aussens, voormalig directeur van Trudo, omschrijft het gebied treffend als ‘het waaigat met rafelranden en pronkjuwelen'.

Luchtfoto van Strijp-S
Luchtfoto van Strijp-S in Eindhoven

Samenwerking met alle partijen

In 2000 gaf de gemeente het adviesbureau BVR (geleid door stedenbouwkundige Riek Bakker) de opdracht om een masterplan voor het gebied op te stellen. Dit masterplan is vervolgens door Adriaan Geuze van bureau West 8 doorontwikkeld tot een stedenbouwkundig plan. Tevens kreeg hij de supervisie over de verdere ontwikkeling van het gebied. Vanaf het begin hebben alle betrokken partijen om de tafel gezeten. Trudo (eigenaar van de zogenaamde driehoek met monumenten), de architecten van Jo Coenen en Diederendirrix, de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, de gemeente Eindhoven en de supervisor van West 8. Het gezamenlijke doel was de toekomst van de gebouwen kansrijk en duurzaam te maken. De uitdaging was de identiteit van de gebouwen zoveel mogelijk te behouden, maar ook aan te passen aan de eisen van deze tijd en de toekomst. Het gebied is een bruisende mix van nieuw en oud geworden, van wonen, ateliers en werkruimten.

Monumentale status Hoge Rug en Veemgebouw

Strijp-S huisvest vijf rijksmonumenten. Drie daarvan vormen de Hoge Rug. Dat is een aaneengesloten reeks van drie grote industriegebouwen (SK, SAN en SBP) waar radio’s en televisietoestellen werden gefabriceerd. Het vierde is het Veemgebouw (SDM). Hier werden radio-, televisietoestellen en andere Philips-producten opgeslagen. Het vijfde gebouw is het klokgebouw. In deze fabriek uit 1928 werd philite vervaardigd, Philips' benaming voor bakeliet. Het gebouw is vernoemd naar de enorme klokken op de toren. Een ander bijzonder gebouw is het roemruchte en wereldwijd bekende Natuurkundig Laboratorium van Philips, het zogeheten NatLab. De plaats waar de cd werd uitgevonden. Het gebouw werd uiteindelijk geen rijksmonument, maar kon toch gedeeltelijk behouden blijven.

"De crisis is in feite een zegen geweest. Daardoor heeft het gebied zich op een veel gezondere manier kunnen ontwikkelen."

Economische crisis als zegen

De herontwikkeling van Strijp-S ging voortvarend van start. De economische crisis zorgde echter voor stagnering van het project. In 2005 kwamen de ontwikkelingen zelfs tot stilstand. Volgens projectdirecteur en opdrachtgever Jack Hock was dit achteraf gezien goed voor de ontwikkeling van het voormalige fabrieksterrein. ‘Laat ik zeggen dat de crisis goed is uitgekomen. In 2005 lag er toch een beetje een klassieke planologie klaar. Nu is het allemaal veel organischer verlopen. Door die organische ontwikkeling heeft het gebied zijn identiteit kunnen vinden als het culturele hart van Brabant. Als het culturele hart van de Brainport, de innovatieve toptechnologieregio van Zuidoost-Brabant. Toen er niets meer van de grond kwam moest men een oplossing bedenken voor de bestaande gebouwen. De Crisis- en herstelwet maakte het mogelijk om een deel van de gebouwen die nog getransformeerd of gesloopt moesten worden te verhuren. Ronald Rijnen, hoofd van de afdeling Stedelijke Ontwikkeling van de gemeente Eindhoven: ‘Die gebouwen werden toen voor weinig geld te huur aangeboden. Dat trok allemaal jonge mensen met beginnende bedrijfjes. Dat heeft voor een groot deel de sfeer bepaald.’ Ook Ronald Rijnen ziet de positieve gevolgen van de crisis: ‘De crisis is in feite een zegen geweest. Daardoor heeft het gebied zich op een veel gezondere manier kunnen ontwikkelen.’