Na het verlenen van een omgevingsvergunning begint de uitvoering. De gemeente is in de meeste gevallen verantwoordelijk voor toezicht en handhaving van de omgevingsvergunning(plicht) voor een rijksmonument. De toezichthouder van de gemeente houdt toezicht op de uitvoering van de werkzaamheden en de handhaver is bevoegd om op te treden als de werkzaamheden afwijken van de verleende omgevingsvergunning (artikelen 18.1 en 18.2 Omgevingswet). De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) voert de wettelijke adviestaak uit namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Ook tijdens de uitvoering kan de RCE om advies worden gevraagd.
Als toezichthouder bewaakt u de uitvoering van de werkzaamheden conform de verleende omgevingsvergunning. Zorg voor een goede overdracht van het dossier van uw vergunningverlenende collega, betrek de erfgoedcollega binnen uw organisatie (indien van toepassing) en informeer de RCE over de voortgang van de werkzaamheden. Heeft u geen erfgoed collega? Doe dan een beroep op de kennis bij het Steunpunt Cultureel Erfgoed in uw provincie.
Bekijk in onderstaande wegwijzer wanneer en hoe u, tijdens de uitvoering, de RCE kunt informeren of om advies kunt vragen.
Wegwijzer advies RCE voor gebouwde en aangelegde (groene) rijksmonumenten (toezicht en handhaving)
Het wettelijke advies van de RCE over de rijksmonumentenactiviteit is openbaar en kunt u vinden op Uitgebrachte adviezen over rijksmonumenten. Het advies is ook onderdeel van het gemeentelijk dossier van de omgevingsvergunning. In de omgevingsvergunning staat hoe de gemeente het advies heeft meegewogen en vertaald in eventuele voorschriften. Zorg dat het dossier goed aan u wordt overgedragen. Het advies is opgenomen als los document, als bijlage bij de omgevingsvergunning of is (gedeeltelijk) opgenomen in de omgevingsvergunning.
U kunt het advies gebruiken voor toezicht en handhaving. In het advies staat vaak extra informatie die gebruikt kan worden als tekst en uitleg. Denk aan informatie over de monumentale waarde of motivering van de gevolgen van de ingreep.
Ja. De Omgevingswet kent een afstemmingsverplichting tussen bestuursorganen bij de uitoefening van taken en bevoegdheden (artikel 2.2 Omgevingswet). De minister van OCW is belanghebbend bij een verleende omgevingsvergunning voor een rijksmonumentenactiviteit, omdat de minister het rijksmonument heeft aangewezen. Volgens het Omgevingsbesluit (artikel 10.22a) bent u dan ook verplicht de RCE binnen week na vergunningverlening een afschrift te sturen van de omgevingsvergunning voor een rijkmonumentenactiviteit (of de wijziging of intrekking daarvan). Maar ook over de uitvoering en eventuele revisietekeningen wordt de RCE graag geïnformeerd.
Naast deze verplichting kunt u de RCE ook informeren over de start van de werkzaamheden en de bouwverslagen. U kunt de start van de werkzaamheden melden bij de RCE of u kunt de RCE uitnodigen voor een startgesprek of een eerste bouwvergadering. Overleg voorafgaand aan de start van de werkzaamheden is een goed moment om gezamenlijk afspraken te maken, bijvoorbeeld:
- het beschermen of de opslag van interieuronderdelen;
- het verduidelijken van, en aanvullende afspraken over, vergunde sloopwerkzaamheden;
- (bouwkundig) advies van de RCE tijdens het bouwproces.
Tijdens de uitvoering kunt u de bouwverslagen doorsturen zodat de RCE het bouwproces op afstand kan volgen. Als de RCE op de hoogte is van de uitvoering en actuele informatie heeft, kan de adviseur adequater reageren op uw vraag. Ook heeft de RCE op deze manier de gelegenheid om zelf belangstelling kenbaar te maken voor een bezoek op locatie. Neem contact op met de adviseur architectuurhistorie van de RCE via de Infodesk over de mogelijkheden.
U kunt op verschillende momenten tijdens de uitvoering advies vragen, bijvoorbeeld:
a. (Bouwkundig) advies tijdens het bouwproces
De RCE heeft kennis en expertise over restauratiekwaliteit. U kunt advies vragen op het moment dat een vraag zich voordoet. Het is ook mogelijk het hele bouwproces te volgen en op locatie te adviseren. Dit kan ook in de vorm van een begeleidingscommissie. Een begeleidingscommissie kunt u zelf samenstellen. Deze kan bijvoorbeeld bestaan uit een afvaardiging van de drie wettelijke adviseurs (gemeentelijke adviescommissie, college van gedeputeerde staten en de RCE).
De RCE geeft (bouwkundig) advies in situaties waarin:
- het gaat om een rijksmonumentenactiviteit voor een gebouwd of een aangelegd (groen) rijksmonument
- een advies uitgebracht is over een rijksmonumentenactiviteit
- een (groot) aantal voorschriften opgenomen is in de omgevingsvergunning
- een rijksmonument een bijzondere monumentale waarde heeft
- het herstel omvangrijk is of een bijzondere expertise vraagt
- een restauratiesubsidie is toegekend door de provincie
- een rijkssubsidie voor het onderhoud van toepassing is op de werkzaamheden (subsidie woonhuismonumenten of subsidie instandhouding rijksmonumenten).
b. Advies na een ‘vondst’
De RCE heeft kennis en expertise over monumentale waarden. U kunt advies vragen over de monumentale waarde van een ‘vondst’. Denk bij ‘vondsten’ aan nieuwe informatie die tijdens de uitvoering tevoorschijn komt, bijvoorbeeld na het verwijderen van voorzetwanden, plafonds, vloeren of niet waardevolle afwerklagen. Als er gegraven wordt kan aanvullende wet- en regelgeving van toepassing zijn, bijvoorbeeld regels in het belang van de archeologische monumentenzorg, een archeologische onderzoeksplicht of een meldingsplicht bij een archeologische toevalsvondst. Een aanvullend advies over een ‘vondst’ is bedoeld ter ondersteuning van de gemeente bij het nemen van een besluit over hoe met de vondst(en) wordt omgegaan.
De RCE adviseert voor de omgang met een vondst een afweging te maken over:
- zichtbaar herstel
- onzichtbare conservering
- sloop, documentatie en herbestemming
c. Advies na een uitwerking van een vergunningvoorschrift
De RCE adviseert in een advies soms om voorschriften op te nemen, die vervolgens worden overgenomen in de omgevingsvergunning. Deze voorschriften moeten voor de uitvoering nog worden uitgewerkt en beoordeeld door bevoegd gezag. U kunt advies vragen aan uw wettelijke adviseurs over de gevolgen voor de monumentale waarde van een uitwerking. Denk bijvoorbeeld aan het omschrijven van de restauratiekwaliteit van de herstelwerkzaamheden in een werkomschrijving of bestek.
d. Advies na een geconstateerde afwijking van een verleende omgevingsvergunning
Als u een afwijking op de verleende omgevingsvergunning constateert, of activiteiten worden uitgevoerd zonder een omgevingsvergunning terwijl dit wel nodig is, moet u een keuze maken tussen legaliseren of handhaven. Het verrichten van werkzaamheden zonder verplichte vergunning is een economisch delict en is strafbaar volgens de Wet op de economische delicten (artikel 1a lid 2).
U kunt de RCE om advies vragen over de gevolgen van de afwijking voor de monumentale waarde, de ernst van de afwijking en de mogelijkheden voor het herstel van verdwenen monumentale waarden. Een advies ondersteunt u bij het maken van een keuze tussen legaliseren of handhaven.
Als u kiest voor legaliseren volgt in veel gevallen een (nieuwe) aanvraag om een omgevingsvergunning. U kunt preadvies vragen aan de RCE in het kader van het voortraject of om advies na een nieuwe aanvraag om een omgevingsvergunning, als het om adviesplichtige ingrepen gaat.
In geval van handhaven volgt een juridisch traject en vervult de RCE geen adviesrol. De gemeente pakt dit traject zelfstandig op. De gemeente is verplicht een uitvoerings- en handhavingsstrategie te hebben. Er geldt een ‘beginselplicht tot handhaving’, wat betekent dat de gemeente in principe moet handhaven bij overtreding van een wettelijk voorschrift. Bij bestuursrechtelijke handhaving bij rijksmonumenten gaat het vaak om een bouwstop en het opleggen van dwangsommen of een last onder bestuursdwang om de oude situatie te herstellen (herstelsancties). Onder omstandigheden kan blijkens jurisprudentie van de beginselplicht worden afgeweken, als de gemeente een redelijk handhavingsbeleid voert. Bijvoorbeeld als de overtreder in bepaalde gevallen eerst wordt gewaarschuwd en in de gelegenheid gesteld tot herstel, voordat er een handhavingsbesluit wordt voorbereid.
Alleen onder bijzondere omstandigheden kan van het opleggen van een last onder bestuursdwang of van een last onder dwangsom (herstelsancties) worden afgezien. Dergelijke omstandigheden kunnen zich voordoen als concreet zicht op legalisatie bestaat, of als het opleggen van een last onevenredig is in verhouding tot de daarmee te dienen belangen.
Als de overtreding zodanig ernstig is dat strafrechtelijke handhaving aan de orde is, kan de gemeente aangifte doen bij de politie. Bijvoorbeeld vanwege illegale wijzigingen, onjuist uitgevoerde restauraties of wijzigingen, vernieling, of het niet nakomen van de instandhoudingsplicht. Het Openbaar Ministerie (OM) besluit dan over het instellen van strafvervolging. In afstemming met het OM kan de gemeente in plaats van strafrechtelijke handhaving ook kiezen voor het opleggen van een bestuurlijke boete (artikel 18.13 Omgevingswet).
Meer informatie over toezicht en handhaving is te vinden op Monumententoezicht en de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed.
In een advies staat welke gevolgen de ingreep heeft voor de monumentale waarde van het rijksmonument. De RCE adviseert op basis van inhoudelijke deskundigheid, heldere uitgangspunten en duidelijke overwegingen. Meer informatie leest u in Uitgangspunten en overwegingen advisering gebouwde en aangelegde (groene) rijksmonumenten.
De benodigde stukken zijn afhankelijk van uw vraag.
Stukken voor (bouwkundig) advies tijdens het bouwproces
Het advies wordt grotendeels mondeling gegeven op locatie, zonder voorafgaande aanlevering van stukken. Op locatie kan steeds gekeken worden of een (schriftelijk) advies op basis van aangeleverde stukken gewenst is.
Stukken voor advies over een ‘vondst’
Voor een advies over een vondst is informatie nodig over de ‘vondst’ zelf en de locatie van de ‘vondst’. Dit kan door de vondst te documenteren of een bezoek op locatie. Het advies kan mondeling gegeven worden op locatie. Op locatie kan gekeken worden of een schriftelijk advies gewenst is.
Stukken voor advies over een uitwerking van een voorschrift
Voor een advies over een uitwerking van een voorschrift is informatie nodig over de uitwerking, de verleende omgevingsvergunning en het bijbehorende wettelijke advies van de RCE. Het advies kan mondeling gegeven worden op locatie of schriftelijk op basis van de aangeleverde informatie.
Stukken voor advies na een (geconstateerde) afwijking van een omgevingsvergunning
Voor een advies na een geconstateerde afwijking, is informatie nodig over:
- de voormalige toestand, vóór vergunningverlening
- de vergunde toestand
- de geconstateerde afwijkingen en/of werkzaamheden zonder omgevingsvergunning.
Voor een advies na een (geconstateerde) afwijking start u een samenwerking via de samenwerkingsfunctionaliteit van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Start voor dit preadvies ‘uitvoering’ altijd een aparte samenwerking met de RCE en combineer deze niet met adviesvragen aan eventuele andere adviseurs. Deel hierin alleen de documenten die voor het preadvies van de RCE relevant zijn.
Een adviesverzoek waarvoor een samenwerking is gestart via de samenwerkingsfunctionaliteit van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) kunt u agenderen bij een bouwplanoverleg of een monumentenspreekuur van het Steunpunt Cultureel Erfgoed. In het overleg van het Steunpunt worden plannen (integraal) besproken die raakvlak hebben met archeologische, gebouwde en aangelegde (groene) rijksmonumenten, beschermde stads- en dorpsgezichten, wederopbouwgebieden, cultuurlandschappen en werelderfgoed.
De adviseur architectuurhistorie van de RCE is vast agendalid van dit overleg. Vaak schuift ook de adviseur bouwkunde aan. Afhankelijk van de opgave is ook een adviseur archeologie, erfgoed en ruimte of een specialist van de afdeling Monumenten van de RCE aanwezig.
Naast de RCE is veelal het college van gedeputeerde staten vertegenwoordigd. Het is mogelijk om ook de (secretaris van de) gemeentelijke adviescommissie monumenten te vragen om aan te schuiven, zodat alle wettelijke adviseurs van de gemeente gelijktijdig kennis kunnen nemen van het plan. Het Steunpunt zorgt voor de uitnodiging en de verslaglegging. Is er geen (bouwplan)overleg of monumentenspreekuur in de provincie? Kies dan een andere overlegvorm.
Meer informatie over de rol en de taak van het Steunpunt Cultureel Erfgoed kunt u lezen in Betrokken partijen bij een aanvraag omgevingsvergunning.
Nee. Dit is niet verplicht. Het is een extra dienstverlening om met de betrokken partijen te komen tot een zorgvuldige omgang met het rijksmonument.