De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) is op 4 september 2025 gestart met het aanwijzingsprogramma van nieuwe, jonge rijksmonumenten uit de Post 65-periode. Vijftien locaties zijn daarbij voorgedragen als nieuwe rijksmonumenten. Van een hight-tech station tot een drempelloze evenementenhal, van Terneuzen in het zuid­westen tot aan de Eemsmond in het noord­oosten. Ze komen allen uit de jaren 1965 tot 1990. Deze periode noemen we Post 65. Met deze jongste rijksmonumenten van Nederland is een begin gemaakt met de aanwijzing van een geheel nieuwe generatie rijksmonumenten.

De samenleving verandert continu

De maatschappelijke verhalen van Nederland in de post 65 periode (1965 - 1990) vormen de basis voor een longlist van meer dan vijftienhonderd gebouwde en aangelegde objecten. De lijst is participatief samengesteld met erfgoedverenigingen, gemeenten, burgers en specialisten van de RCE. De samenleving verandert continu, het erfgoed dat daar bij hoort verandert mee. Toch zullen sommigen zich afvragen of gebouwen uit de Post 65-periode al monumentwaardig zijn. Dat komt wellicht doordat deze gebouwen nog zo dichtbij ons staan; het zijn de scholen die we bezochten, de huizen waarin we wonen en de kantoren waarin we werken. Het kost soms tijd om de betekenis - en wellicht de schoonheid - ervan in te zien. Bredere waardering komt vaak pas later, nu beschermen is echter noodzakelijk.

Bredere waardering komt vaak pas later, nu beschermen is echter noodzakelijk

De jongste rijksmonumenten van Nederland

  • 1965 Ecokathedraal, Mildam
  • 1966 Rodahal, Kerkrade
  • 1970 Watertoren, Eindhoven
  • 1971 Broken Circle / Spiral Hill, Emmen
  • 1972 Gebouw voor Elektrotechniek, Delft
  • 1972 Hoofdkantoor Centraal Beheer, Apeldoorn
  • 1972 Stadhuis van Terneuzen
  • 1973 De Kasbah, Hengelo
  • 1973 Eemsmondgebouw, Delfzijl
  • 1974 Yunus Emre Moskee, Almelo
  • 1977 Blauwe Golven, Arnhem
  • 1977 Emmauskerk, Nieuwegein
  • 1981 Hubertushuis, Amsterdam
  • 1984 De Musketon, Utrecht
  • 1988 Station Lelystad Centrum, Lelystad

Hieronder staan de jongste rijksmonumenten van Nederland kort beschreven. De titels verwijzen door naar uitgebreide beschrijvingen.

Beeld: © Peter Wouda

Ecokathedraal in Mildam

In Friesland is een stuk weiland langzaam getransformeerd tot een mysterieus bos met fantasierijke stapelwerken. Kunstenaar Louis G. Le Roy zag problemen op ons afkomen door het op grote schaal gebruiken van water, fossiele brandstoffen en gif­stoffen. Hij kocht het weiland aan en liet vrachtwagens met bouwpuin komen, en legde daar muurtjes, toren- en poortachtige bouwwerken, plateaus en kronkelende paden mee aan. De huidige bouwsels mogen de fundamenten worden voor volgende bouwsels, mits er met de hand gestapeld wordt, zonder cement en zonder haast, maar met creativiteit en zelfexpressie.

Luister naar de podcast 1000 jaar stapelen

Beeld: © RCE / Sergé Technau

Rodahal in Kerkrade

De oorsprong van de Rodahal lag in de wens om voor het vierjaarlijkse Wereld Muziek Concours een permanent onderdak te creëren. Architect Laurens Bisscheroux ontwierp een groot gemeenschaps­gebouw zonder drempel­vrees. Het silhouet werd bepaald door de wens om voor de hal een overspanning van ruim zestig meter te creëren. De zijgevel lijkt op een vlinderdas, dus de bijnaam werd ut Sjtriksje.

Beeld: © Collectie RHCE / Jos Lammers

Watertoren 'De Waterbollen', Eindhoven

De watertoren van Eindhoven is niet alleen de grootse water­toren in Nederland, maar ook de laatste water­toren die gebouwd is. De toren heeft zijn roem echter niet ver­gaard omdat het de laatste en de grootste is maar vooral door zijn bijzondere futuris­tische vorm ontworpen door Wim Quist.

Beeld: © RCE / Mark Rammers

Broken Circle/Spiral Hill, Emmen

Geïnspireerd door beelden van de waters­noodramp van 1953 creëerde de Ameri­kaanse kunstenaar Robert Smithson in en langs een zand­afgraving in Emmen het landschapskunstwerk Broken Circle / Spiral Hill. Het is een schiereiland van geel zand in de vorm van een halve cirkel met in het midden een zwerfkei en op de aan­grenz­ende kust een kegel­vormige heuvel met een spiraal­vormig pad van wit zand.

Gebouw Elektrotechniek (EWI) van de TU Delft

Mede als gevolg van de naoorlogse geboorte­golf en de economische groei namen in de jaren vijftig en zestig de leerlingaantallen van het voortgezet en hoger onderwijs snel toe. De Technische Hogeschool Delft (nu Technische Uni­ver­si­teit) had in deze ontwikkeling een pioniers­rol. Door zijn hoogte en opvallende kleur­stelling vormt het EWI gebouw een belangrijk herkennings­punt voor de TU-campus. De toren is vanuit de wijde omgeving goed zichtbaar en de klok in de zijgevel is zelfs vanuit het centrum van Delft afleesbaar.

Beeld: © RCE / Ronald Tilleman

Voormalig hoofdkantoor van Centraal Beheer in Apeldoorn

Het hoofdkantoor van Centraal Beheer in Apeldoorn moest een bijzondere en aantrekkelijke werkplaats voor duizend mensen worden. Architect Herman Hertzberger ontwierp een gebouw dat al snel gold als een van de iconen van het structuralisme in de Nederlandse architectuur: een gebouw als een bergdorp.

Beeld: © RCE / Guido Bogers

Stadhuis van Terneuzen

Langs de Westerschelde staat sinds 1972 het imposante stadhuis van Terneuzen, een stuk plezier in beton, staal, glas en hout. Het stadhuis wordt door zijn béton brut ook wel gezien als een van de hoogtepunten van het brutalisme in Nederland.

Luister naar de podcast over dit stadhuis

Beeld: © RCE / Wouter van der Sar

Woonwijk De Kasbah in Hengelo

Het was een van de meest grensverleggende projecten die binnen het programma Experimentele Woningbouw werden uitgevoerd: De Kasbah in Hengelo. Architect Piet Bloms ideaal was kleinschalige en humane architectuur te ontwerpen, die zou leiden tot een klasseloze maatschappij.

Lees ook het blog over deze woonwijk

Beeld: © RCE / Wouter van der Sar

Eemsmondgebouw in Delfzijl

Het Eemsmondgebouw werd gerealiseerd voor de huisvesting van een aantal rijks­diensten die hun werk­terrein op en rond het water hebben. De kop­gevels zijn voor­zien van beeld­bepalende reliëfs. Het was hiermee het eerste overheids­gebouw waar beeldende kunst en architectuur werden geïntegreerd.

Lees de publicatie over noodzetels

Beeld: © Grootste Museum van Nederland / Femke Lockefeer

Yunus Emre Moskee in Almelo

Dit gebedshuis werd ontworpen door fabrieks­architect Gerrit Pelgrum. Hij nam als basis een bestaande dorps­moskee in Turkije maar plaatste een minaret als een stevige fabrieks­pijp. De Yunus Emre Moskee in Almelo was de eerste Nederlandse moskee met minaret en koepel.

Lees ook het blog over deze Moskee

Beeld: © RCE / Wouter van der Sar

Blauwe golven in Arnhem

Een golvend klinkertapijt met diagonale blauwe en witte banen. Dit tot dan toe grootste kunstwerk in de openbare ruimte in Nederland herinnerde met zijn golven aan de oude haven. Op dit ritmische golven­patroon mocht vrij worden geparkeerd.

Beeld: © RCE / Chris Booms

Emmauskerk in Nieuwegein

Democratisering, ontzuiling, vrouwen­emancipatie en toenemende welvaart en mobiliteit zorgden ervoor dat de kerk haar centrale rol in de samen­leving verloor. Post 65 kerk­gebouwen waren aan de buiten­zijde dan ook minder herkenbaar en waren toegankelijk en verwelkomend.

Lees de brochure Post 65 gebedshuizen

Beeld: © Wikimedia Commons / Ceescamel, CC BY-SA 4.0

Het Hubertushuis, Amsterdam

Aan het begin van de tweede feministische golf en de opkomst van de vrouwen­hulp­verlening, ontwierp architect Aldo van Eyck in opdracht van de Sint Hubertus Vereniging het Moederhuis aan de Plantage Middenlaan in Amsterdam. Dit bood vanaf 1981 onderdak aan in nood verkerende ongehuwde moeders en hun kinderen.

Beeld: © RCE / Wouter van der Sar

Sociaal cultureel centrum De Musketon in Utrecht

De Musketon is een kind van zijn tijd: ontstaan in de hoogtijdagen van het welzijnswerk, tegemoet­komend aan de behoefte aan sociaal-culturele voor­zieningen en vrije­tijds­besteding en – ook tekenend voor die tijd – resultaat van een intensief inspraak­proces. De Musketon heeft nog steeds een belangrijke functie in de buurt met veel betrokken vrijwilligers.

Beeld: © RCE / Jarno Pors

Station Lelystad Centraal

Lelystad is in zijn geheel Post 65. In 1988 opende de Flevolijn tussen Weesp en Lelystad, met een hightech eindstation in Lelystad. Overvloedig daglicht, grote vides tussen hal en perrons, geheel glazen abri's en primaire kleuren moesten de reiziger een aangenaam gevoel geven.

Lees ook het blog over dit station