Mondriaan en Schoonhoven: verf, vlakken en verandering
Let op!
Deze activiteit heeft al plaatsgevonden.
13-10-2023
Kunstmuseum Den Haag
SymposiumCongresbureau
Hoe restaureer je een reliëf van Jan Schoonhoven? Waarom zijn de gele vlakken van Piet Mondriaan zo veranderd? Hoe kijken we eigenlijk in 20e-eeuwse schilderkunst naar kleur(vlakken) en naar de verandering daarvan? Deze en andere vragen komen aan de orde tijdens de Kennisdag 'Mondriaan en Schoonhoven: verf, vlakken en verandering'.
De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en Kunstmuseum Den Haag organiseren deze dag. In het Kunstmuseum Den Haag hangen op dat moment werken van beide kunstenaars in twee tentoonstellingen: Voorbij de grenzen – kunst uit de jaren ’60 en Hilma af Klint & Piet Mondriaan.
Aanmelden
Dit symposium is gratis bij te wonen. Aanmelden is wel verplicht via onderstaande knop. Let op: dit evenement vindt plaats in het Kunstmuseum in Den Haag.
Inloop met koffie en thee in de Tuinzaal van het museum
Rondom Mondriaan Chair: Doede Hardeman
09.30
Welkom
Doede Hardeman (Kunstmuseum Den Haag) en Inez van der Werf (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)
09.40
Zicht op een blinde vlek: Mondriaans atelierpraktijk
Wietse Coppes (RKD Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis)
10.05
De witte verven van Piet Mondriaan
Inez van der Werf (RCE)
10.30
Pauze
10.50
Veranderend geel in neoplastische composities van Mondriaan
Laura Kolkena (Kunstmuseum Den Haag)
11.15
Hilma af Klint & Piet Mondriaan: Levensvormen
Laura Stamps (Kunstmuseum Den Haag)
11.40
Discussie
12.00
Lunch en gelegenheid om de tentoonstellingen te bekijken
Rondom Schoonhoven Chair: Paulien 't Hoen
14.00
Inleiding tentoonstelling Voorbij de grenzen – kunst uit de jaren ’60
Doede Hardeman (Kunstmuseum Den Haag)
14.20
Jan Schoonhoven – Tussen programma en pragmatiek
Antoon Melissen (kunsthistoricus, schrijver, curator)
14.40
Pauze
15.00
Licht op wit
Lydia Beerkens (senior restaurator moderne kunst SRAL Maastricht)
15.20
Wit is wit – of niet? Restauratie en materiaal-technisch onderzoek van reliëfs van Jan Schoonhoven
Ruth Hoppe (Van Gogh Museum) en Inez van der Werf (RCE)
15.50
Vragen en afronding
16.00
Borrel in GEM
Over de presentaties
Begin dit jaar verscheen het boek Mondriaan en fotografie. De kunstenaar in beeld, waarin alle portret- en atelierfoto’s van Mondriaan zijn gebundeld. De atelierfoto’s geven nieuw inzicht in Mondriaans werkwijze en materiaalgebruik. Iets waar tot op heden nog maar weinig aandacht voor is geweest. Met name voor wat betreft het vroege werk staat het onderzoek nog in de kinderschoenen, wat de praktijk van het toe- en afschrijven bemoeilijkt.
Wietse Coppes (RKD Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis)
In Mondriaans neoplastische werken speelt ‘wit’ een cruciale rol. Eerst zijn de vlakken nog licht getint met wat blauw, rood, geel of zwart, maar in de jaren ‘30 zijn ze helder wit. Analyse van de verven kan helpen om de werkfases binnen een schilderij te onderscheiden, werken met elkaar in verband te brengen of retouches te duiden.
Inez van der Werf (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)
In deze composities zocht Mondriaan naar de perfecte balans tussen de kleuren van de vlakken en lijnen. In de loop der tijd zijn veranderingen ontstaan in sommige gele vlakken door degradatie van cadmiumgeel pigment. Door verdere studie van materiaalgebruik en schildertechniek wordt inzicht verkregen in deze veranderingen en de vraag of we nu nog zien wat Mondriaan voor ogen had.
Laura Kolkena (Kunstmuseum Den Haag)
In 1987 waren de kunstwerken van de Zweedse Hilma af Klint (1862-1944) voor het eerst buiten Zweden in Europa te zien in Kunstmuseum Den Haag, in de tentoonstelling The Spiritual in Art: Abstract Painting, 1890-1985 geïnitieerd door het Kunstmuseum en LACMA (Los Angeles County Museum of Art). Dat de destijds totaal onbekende Af Klint hier werd betiteld als een van de vijf abstracte pioniers – naast Mondriaan, Kandinsky, Malevitsj en Kupka – riep de nodige vragen op. Maar tijden zijn veranderd. Wereldwijd hebben zowel de kunstwereld als het publiek het kleurrijke, visionaire werk omarmd. In samenwerking met Tate Modern brengt Kunstmuseum Den Haag haar baanbrekende werk samen met dat van haar grensverleggende tijdgenoot: Piet Mondriaan (1872-1944). De schilders hebben elkaar nooit ontmoet, maar hun eigenzinnige oeuvres weerspiegelen beide een tijdperk waarin de kijk op de werkelijkheid door wetenschappelijke ontdekkingen en nieuwe ideeën over spiritualiteit radicaal verandert.
Laura Stamps (Kunstmuseum Den Haag)
De jaren zestig van de vorige eeuw kenmerken zich door de verlegging van grenzen. Globalisering maakt de wereld in rap tempo kleiner. Een ongekende economische groei in het westen brengt welvaart naar de massa. Dit gevoel van optimisme wordt overschaduwd door het toenemende besef dat er ook grote nadelen kleven aan de materiële vooruitgang. Kunstenaars streven naar een nieuwe kunst die uitdrukking geeft aan deze snel veranderende tijd. Een kunst die telkens grenzen opzoekt, oprekt en doorbreekt. Materialen als elektrische motoren, metaal, autolak en plastic vervangen steeds vaker de traditionele media van de beeldende kunst. Op vele fronten worden de grenzen tussen kunst en samenleving opgeheven en wordt het leven tot kunst verklaard.
Doede Hardeman (Kunstmuseum Den Haag)
Met zijn keuze voor karton, krantenpapier en ‘industriële’ verf, bewoog Jan Schoonhoven zich tussen programma en pragmatiek. Vooral de jaren van de Nederlandse Nulgroep (1961-1965) worden verbonden met anti-academisme en vernieuwingsdrang. En toch waren materiaalexperimenten een constante binnen Schoonhovens oeuvre, van het eerste reliëf uit 1956 tot het laatste van 1992.
Tijdens de conservering en restauratie van de vele witte Reliëfs van Jan Schoonhoven komen telkens dezelfde vragen naar voren: wat is schade en wat werktechniek? welke kleur wit is origineel, welke verkleuring is veroudering en wanneer is het reliëf vuil? Dit zijn de vertrekpunten bij de afwegingen rond restauratie; de leeftijd en de eigen levensloop van elk reliëf zijn mede bepalend voor de keuze van behandeling.
(Lezing gebaseerd op de publicatie voor de Triënnial Meeting van ICOM-CC, Kopenhagen 2017)
Lydia Beerkens (SRAL)
In de collectie van Kunstmuseum Den Haag bevinden zich acht reliëfs van Jan Schoonhoven: zeven witte reliëfs en één vroeg werk in kleur. In 2020 werd een start gemaakt met het onderzoeken van de verflagen op twee van de witte reliëfs ten behoeve van restauratie. Al snel werd besloten het onderzoek uit te bereiden. Van veertien reliëfs uit de collecties van Kunstmuseum Den Haag en Museum Boijmans van Beuningen is de verfsamenstelling uitvoerig onderzocht. Het bleek mogelijk de op het oog gelijke witte verven met een combinatie van analyse-techieken te identificeren en te vergelijken. Dit maakt het niet alleen mogelijk de originele laagopbouw en overschilderingslagen in kaart te brengen: het kan ook helpen bij het opsporen van latere aanpassingen of veranderingen van de conditie.
Ruth Hoppe (Van Gogh Museum) en Inez van der Werf (RCE)