U kunt op verschillende momenten tijdens de uitvoering advies vragen, bijvoorbeeld:
a. (Bouwkundig) advies tijdens het bouwproces
De RCE heeft kennis en expertise over restauratiekwaliteit. U kunt advies vragen op het moment dat een vraag zich voordoet. Het is ook mogelijk het hele bouwproces te volgen en op locatie te adviseren. Dit kan ook in de vorm van een begeleidingscommissie. Een begeleidingscommissie kunt u zelf samenstellen. Deze kan bijvoorbeeld bestaan uit een afvaardiging van de drie wettelijke adviseurs (gemeentelijke adviescommissie, college van gedeputeerde staten en de RCE).
De RCE geeft (bouwkundig) advies in situaties waarin:
- het gaat om een rijksmonumentenactiviteit voor een gebouwd of een aangelegd (groen) rijksmonument
- een advies uitgebracht is over een rijksmonumentenactiviteit
- een (groot) aantal voorschriften opgenomen is in de omgevingsvergunning
- een rijksmonument een bijzondere monumentale waarde heeft
- het herstel omvangrijk is of een bijzondere expertise vraagt
- een restauratiesubsidie is toegekend door de provincie
- een rijkssubsidie voor het onderhoud van toepassing is op de werkzaamheden (subsidie woonhuismonumenten of subsidie instandhouding rijksmonumenten).
b. Advies na een ‘vondst’
De RCE heeft kennis en expertise over monumentale waarden. U kunt advies vragen over de monumentale waarde van een ‘vondst’. Denk bij ‘vondsten’ aan nieuwe informatie die tijdens de uitvoering tevoorschijn komt, bijvoorbeeld na het verwijderen van voorzetwanden, plafonds, vloeren of niet waardevolle afwerklagen. Als er gegraven wordt kan aanvullende wet- en regelgeving van toepassing zijn, bijvoorbeeld regels in het belang van de archeologische monumentenzorg, een archeologische onderzoeksplicht of een meldingsplicht bij een archeologische toevalsvondst. Een aanvullend advies over een ‘vondst’ is bedoeld ter ondersteuning van de gemeente bij het nemen van een besluit over hoe met de vondst(en) wordt omgegaan.
De RCE adviseert voor de omgang met een vondst een afweging te maken over:
- zichtbaar herstel
- onzichtbare conservering
- sloop, documentatie en herbestemming
c. Advies na een uitwerking van een vergunningvoorschrift
De RCE adviseert in een advies soms om voorschriften op te nemen, die vervolgens worden overgenomen in de omgevingsvergunning. Deze voorschriften moeten voor de uitvoering nog worden uitgewerkt en beoordeeld door bevoegd gezag. U kunt advies vragen aan uw wettelijke adviseurs over de gevolgen voor de monumentale waarde van een uitwerking. Denk bijvoorbeeld aan het omschrijven van de restauratiekwaliteit van de herstelwerkzaamheden in een werkomschrijving of bestek.
d. Advies na een geconstateerde afwijking van een verleende omgevingsvergunning
Als u een afwijking op de verleende omgevingsvergunning constateert, of activiteiten worden uitgevoerd zonder een omgevingsvergunning terwijl dit wel nodig is, moet u een keuze maken tussen legaliseren of handhaven. Het verrichten van werkzaamheden zonder verplichte vergunning is een economisch delict en is strafbaar volgens de Wet op de economische delicten (artikel 1a lid 2).
U kunt de RCE om advies vragen over de gevolgen van de afwijking voor de monumentale waarde, de ernst van de afwijking en de mogelijkheden voor het herstel van verdwenen monumentale waarden. Een advies ondersteunt u bij het maken van een keuze tussen legaliseren of handhaven.
Als u kiest voor legaliseren volgt in veel gevallen een (nieuwe) aanvraag om een omgevingsvergunning. U kunt preadvies vragen aan de RCE in het kader van het voortraject of om advies na een nieuwe aanvraag om een omgevingsvergunning, als het om adviesplichtige ingrepen gaat.
In geval van handhaven volgt een juridisch traject en vervult de RCE geen adviesrol. De gemeente pakt dit traject zelfstandig op. De gemeente is verplicht een uitvoerings- en handhavingsstrategie te hebben. Er geldt een ‘beginselplicht tot handhaving’, wat betekent dat de gemeente in principe moet handhaven bij overtreding van een wettelijk voorschrift. Bij bestuursrechtelijke handhaving bij rijksmonumenten gaat het vaak om een bouwstop en het opleggen van dwangsommen of een last onder bestuursdwang om de oude situatie te herstellen (herstelsancties). Onder omstandigheden kan blijkens jurisprudentie van de beginselplicht worden afgeweken, als de gemeente een redelijk handhavingsbeleid voert. Bijvoorbeeld als de overtreder in bepaalde gevallen eerst wordt gewaarschuwd en in de gelegenheid gesteld tot herstel, voordat er een handhavingsbesluit wordt voorbereid.
Alleen onder bijzondere omstandigheden kan van het opleggen van een last onder bestuursdwang of van een last onder dwangsom (herstelsancties) worden afgezien. Dergelijke omstandigheden kunnen zich voordoen als concreet zicht op legalisatie bestaat, of als het opleggen van een last onevenredig is in verhouding tot de daarmee te dienen belangen.
Als de overtreding zodanig ernstig is dat strafrechtelijke handhaving aan de orde is, kan de gemeente aangifte doen bij de politie. Bijvoorbeeld vanwege illegale wijzigingen, onjuist uitgevoerde restauraties of wijzigingen, vernieling, of het niet nakomen van de instandhoudingsplicht. Het Openbaar Ministerie (OM) besluit dan over het instellen van strafvervolging.
Meer informatie over toezicht en handhaving is te vinden op Monumententoezicht en de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed.